De Jaguar E-type wordt algemeen beschouwd als een van de meest invloedrijke en zeker ook mooiste sportwagens aller tijden. Toch is het moeilijk voor te stellen welk effect deze Britse machine op de wereld zou gaan hebben in 1961. Ten tijde dat een normale gezinsauto die 100 kilometer per uur kon halen als erg snel werd beschouwd, werd de E-type aangekondigd als de machine die ruim 240 kilometer per uur zou kunnen.
De lancering op de Autosalon in Genève in 1961
Bij de lancering van het model op de Autosalon van Genève, in maart 1961, stal de Jaguar E-type de show, en daarmee alle krantenkoppen. Volgens Enzo Ferrari was het de mooiste auto ter wereld. en nog steeds zijn volgens velen de originele roadster en coupé uitvoeringen perfect vanuit elke hoek. Bijna was er slechts één van deze modellen in Genève te zien, slechts enkele dagen voor de show werd een tweede naar Zwitserland gevlogen. Dit betekende een last minute roadtrip van Coventry naar Genève in Roadster, gereden door Norman Dewis, Jaguar’s inmiddels vermaarde testrijder.
Veel inspiratie uit de D-type
Het verhaal van de E-Type begon echter lang voor dit legendarische verhaal. Het is duidelijk dat de invloed van de D-type, een Le Mans-racer, erg groot is geweest op de E-Type-modellen. Daarnaast was ook de 3,8-liter zescilinder-in-lijn motor afkomstig van de D-type XK. Bij het minder bekende E1A-prototype uit 1957 begint het verhaal van de E-Type eigenlijk al. De E1A was een stuk kleiner dan de uiteindelijke E-Type zou worden en had een 2,4-liter motor. Daarnaast toonde het nieuwe ontwerp een onafhankelijke achterwielophanging dat vier decennia lang een kenmerk van Jaguar-modellen zou blijven.
De Jaguar E-type werd steeds groter
Bij latere prototypes werden de vorm en afmetingen van de E-Type verfijnd en de auto werd groter naarmate Jaguar het belang van de Amerikaanse markt inzag. Tegen de tijd dat de E-Type in 1961 werd onthuld, had hij een 265 pk sterke 3,8-liter motor en een handgeschakelde vierversnellingsbak. De geclaimde topsnelheid van 240 km / u was een beetje optimistisch, in ieder geval voor standaard productie versies, maar met een adviesprijs van £ 2097 voor de Roadster en £ 2196 voor de Coupé leek het niemand iets te schelen – het was de helft van de prijs van zijn meer exotische rivalen uit bijvoorbeeld Italië. Een coupé model behaalde een gemiddelde topsnelheid van 240 km / u en 0-100 km / u in 6,9 seconden, geregistreerd door ‘9600 HP’ op Dunlop R5-racebanden. Die auto was uiteraard speciaal getuned voor die tests, maar het werkte; coureurs en beroemdheden waren al snel om en wilden allemaal een Jaguar E-Type kopen.
Experimenteren
Het vroege succes in de motorsport inspireerde Jaguar om een select aantal lichtgewicht modellen op de markt te brengen, met een aluminium carrosserie en monocoque in plaats van de gewone stalen constructie. Deze bewezen hun waarde op het circuit door coureurs als Jackie Stewart en Graham Hill. De zeldzame E-Types waar zij in reden, inspireerde Jaguar nog jarenlang.
De 4.2-liter XK motor
Jaguar ging door met de ontwikkeling van de E-Type straatauto door in 1964 de grotere 4.2-liter XK motor te introduceren. Hoewel hij nog steeds 265 pk leverde, kwam de 4.2 met meer veel meer koppel. Ondertussen kreeg de handgeschakelde versnellingsbak ‘synchromesh’ op alle verhoudingen. Het jaar daarop werd een model toegevoegd aan het assortiment voor de sportieve gezinsrijder.
De Series 1½
In 1967 lanceerde Jaguar een vernieuwd model dat bekend werd als de Series 1½. Dit model E-type was slechts één jaar in productie, van 1967 tot 1968. Het bracht het nieuwe ongestroomlijnde koplamp ontwerp voort dat later op de S2 te zien was. Verbeterde remmen behoorden ook tot de updates bij deze Series 1½.
GT-auto
Ondertussen was racen niet van groot belang meer voor Jaguar, en de E-Type veranderde van koers om meer een GT-auto te worden. De transformatie werd in 1971 voltooid met het V12-aangedreven S3-model. Het had een bredere spoorbreedte en een minder fraaie front-end styling, maar onder de motorkap zat een 5,3 liter, enorm soepele, motor.
De nieuwe XJ-sedan
Deze V12 is ontworpen door Walter Hassan en Harry Mundy. Jaguar’s echte bedoeling was, dat de V12 zou worden gebruikt in de nieuwe XJ-sedan, maar de kans om hem in de E-Type te leggen was natuurlijk te mooi om te laten liggen. Als gevolg hiervan bleef men tot 1975 aan deze E-Type doorwerken, toen werd vervangen door de XJ-S.
Tegenwoordig wordt de E-Type terecht beschouwd als een echte klassieker. Zijn erfenis gaat verder in modellen zoals de F-type , dus zelfs nu blijft de impact van de E-Type doorwerken.