Of je nou thuis bent of op kantoor, het is zeer belangrijk dat je beschikt over een goed netwerk. Als jij van plan bent om een thuis- of bedrijfsnetwerk aan te leggen, is het handig dat je dit met behulp van de juiste materialen doet en dat je gebruik maakt van de juiste netwerkkabels. In deze blog leggen we je graag uit waar je rekening mee moet houden met het aanleggen van jouw bedrade netwerk.
Aan de slag met een thuisnetwerk aanleggen
Voor het aanleggen van een thuisnetwerk is het handig om de juiste stappen te volgen. Allereerst plaats je een trekveer die je door de leiding laat glijden. De trekveer gebruik je om jouw netwerkkabel door de leiding te trekken. Vervolgens sluit je de kabel met behulp van een LSA tang aan op een wandcontactdoos. Met behulp van een LSA tool snijd je de kabel op de juiste lengte af en maak je deze stevig vast. Mocht het nodig zijn, dan sluit je de internet kabel aan op een RJ45 connector. Als dit gedaan is sluit je de router aan op een modem en zet je de router op een geschikte plek in je huis. Tot slot is het zaak om de kabels netjes weg te werken, bijvoorbeeld achter de plinten of met behulp van een kabelgoot.
Op eenvoudige wijze je netwerkkabel verlengen of splitsen
Mocht je netwerkkabel niet lang genoeg zijn, dan kun je ervoor kiezen om het snoer te verlengen met een RJ45 koppelstuk. Voor de meeste particulieren is dit vaak al voldoende. Wil je twee computers aansluiten op één kabel, dan is het aan te raden om een netwerk switch te gebruiken. Dit apparaat werkt als een stekkerdoos, maar dan voor internetsignalen.
Een bedrijfsnetwerk aanleggen: waar moet ik rekening mee houden?
Voor het aanleggen van bedrijfsnetwerken zijn er drie factoren waar je rekening mee moet houden: de netwerkomgeving, netwerkbelasting en bouwkundige omvang. Qua netwerkomgeving maken we onderscheid tussen een industriële en kantooromgeving. In een industriële omgeving wordt gebruik gemaakt van bijvoorbeeld koel- en vriescellen, waardoor het belangrijk is dat je kabels gebruikt met afgeschermd materiaal. Bij een kantooromgeving is dit minder belangrijk. Met de netwerkbelasting wordt gekeken of een onderneming gebruik maakt van zware software of niet. Is dit het geval, dan dien je kabels aan te schaffen die hoge internetsnelheden halen. Voor de bouwkundige omvang kijken we naar de grootte van een pand. Moeten netwerkkabels namelijk grote afstanden afleggen, dan is het aan te raden om kabels op rol of glasvezelkabels te nemen.
De juiste kabels kiezen voor een kantoornetwerk
We onderscheiden vijf categorieën aan internetkabels die een eigen snelheid en bandbreedte hebben. In deze tabel is per categorie aangegeven wat de snelheid is en de maximale bandbreedte:
| Categorie | Snelheid | Bandbreedte |
| Cat5e | 1 Gbps | 100 MHz |
| Cat6 | 1 Gbps | 250 MHz |
| Cat6a | 10 Gbps | 500 MHz |
| Cat7 | 10 Gbps | 600 MHz |
| Cat8 | 40 Gbps | 2000 MHz |
Naast snelheid en bandbreedte onderscheiden netwerkkabels zich ook door de beschermingen. We onderscheiden niet-beschermde en beschermde kabels. Een UTP kabel is onbeschermd, maar is ook verkrijgbaar met een laagje folie (F/UTP) of een extra gevlochten folielaag (SF/UTP). Een FTP kabel is wel volledig beschermd. De mantel van dit exemplaar is beschermd met folie (F/FTP) of een extra sterke laag gevlochten folie (S/FTP). Een beschermde kabel is vooral aan te raden wanneer je meerdere kabels langs elkaar hebt liggen. Zo voorkom je storingen, ook wel interferentie genoemd.
